Albert Duisenberg (1935 -2020)

Kort geleden hoorden wij dat op 8 mei 2020 Albert Duisenberg is overleden.

Albert Duisenberg met de AD3 diffractometer, de voorloper van de CAD3 (met pdp8 mini - vandaar de toegevoegde 'C').
De opname is gemaakt in het 'Kristalpaleis' aan de Catharijnesingel.
De AD3 ging over naar Ton Spek  toen Ab overging naar een van de eerste CAD4's. De directe opvolger van de AD3 was de CAD3 die vooral als ontwikkelmachine werd gebruikt 
door Jean Schoone
Albert Duisenberg met de AD3 diffractometer. Dit was de voorloper van de CAD3 (die een PDP-8 mini-computer had – vandaar de toegevoegde ‘C’). De opname is gemaakt in het ‘Kristalpaleis’ aan de Catharijnesingel (zie onder). De AD3 ging over naar Ton Spek toen Ab overging naar een van de eerste CAD4’s. De opvolger van de AD3, de CAD3, werd vooral als ontwikkelmachine gebruikt door Jean Schoone, die begin jaren 1980 hoogleraar Algemene Chemie werd. 

Albert Jozef Maria Duisenberg, Appie, werd op zondag 29 september (St.Michaelsdag) 1935 te Heerlen geboren als eerste van de zeven kinderen van Hendrik Johann Duisenberg en Jeannette Ignatia Jacob.

Hij volgde middelbaar onderwijs op het St.Thomascollege te Venlo en op het Henric van Veldekecollege te Maastricht. Hij behaalde daar het diploma HBS-B met 5- jarige cursus in 1953.
In september 1953 begon hij de studie Scheikunde aan de Philosophische Faculteit der Rijksuniversiteit Utrecht, waaraan toen vier hoogleraren Scheikunde verbonden waren: Johannes Bijvoet, Fritz Kögl, J.Th.G. Overbeek en Jaap Smittenberg.
Hij haalde zijn doctoraalexamen Scheikunde met de bijvakken Fysische Scheikunde (Peerdeman) en Theoretische Natuurkunde (Nijboer) aan de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen der Rijksuniversiteit van Utrecht op 23 Maart 1964.
Op 1 Maart 1964 trad hij in dienst bij de Nederlandse Organisatie voor Zuiver Wetenschappelijk Onderzoek als wetenschappelijk ambtenaar bij de Stichting FOMRE (Fundamenteel Onderzoek der Materie met Röntgen- en Electronenstralen) en was werkzaam bij het Laboratorium voor Kristalchemie aan de Catharijnesingel 54, het “Kristalpaleis”, te Utrecht o.l.v. prof. Dr. A.F. Peerdeman.

Het Laboratorium voor Kristalchemie (gebouw links), tevens woonhuis van Prof. Bijvoet,. Het pand is in 1973 afgebroken. (foto: B.P. van Eijck, 1968).
Het Laboratorium voor Kristalchemie (gebouw links), tevens woonhuis van Prof. Bijvoet,. Het pand is in 1973 afgebroken. (foto: B.P. van Eijck, 1968).

In 1964 trouwde hij met Hélène Marie Jeanne Coenegracht, met wie hij in 1969 een dochter kreeg: Aimée Duisenberg.

Op 16 oktober 1969 trad hij als wetenschappelijk ambtenaar in dienst bij de Rijksuniversiteit te Utrecht bij het hetzelfde laboratorium, thans: Sectie Kristal- en Structuurchemie van het Bijvoet Centrum voor Biomoleculair Onderzoek van de Universiteit Utrecht, alwaar hij tot zijn pensioen in het jaar 2000 werkzaam was. Hij doorliep alle, inmiddels niet meer bestaande, rangen van wetenschappelijk ambtenaar tot en met wetenschappelijk hoofdmedewerker en sloot zijn werkzame leven af als ‘onderzoeker’ bij het voornoemd Bijvoet Centrum. Zijn onderzoek betrof voornamelijk experimentele röntgendiffractie en het automatiseren van de daarmee samenhangende meetprocessen en gegevensverwerking. Dit gebeurde aanvankelijk onder leiding van en in samenwerking met Prof. Dr. J. Ch. Schoone, hetgeen leidde tot een van de eerste computer- gestuurde automatische 3-cirkeldiffractometers, de ‘CAD3’.

Vanaf ongeveer 1980 werd hij bijgestaan door de automatiseringsdeskundige van de sectie: drs. A.M.M. (Toine) Schreurs. Hij verleende jarenlang experimentele medewerking aan het landelijk ‘SON- project’ (thans CW-NWO/UU project) van dr. Anton .L. Spek (ophelderen van kristalstructuren voor derden), waarbij hij zeer veel ervaring opdeed en waarin hij bijdroeg aan vele publicaties, waaronder die van het programma Dirax, en daarnaast methoden om data van tweeling-kristallen en gemoduleerde kristallen te analyseren, resulterend in het programma Eval14 (waarbij 14 staat voor AD, Albert Duisenberg).

Het was Prof. Dr. Jan Kroon die hem uiteindelijk zover kreeg, dat hij ‘eens wat op ging schrijven’ en dit resulteerde in een proefschrift met de titel: “Reflections on area detectors: ab initio calculation of single-crystal X-ray reflection contours”, waarop Ab op 26 augustus 1998 promoveerde tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen.

Wij wensen de familie veel sterkte met dit verlies.

De overlijdenskaart vindt u hier.